Kifid: verzekeraar mag verzekeringspremie met 50% verhogen – consument kan dagelijks opzeggen
Geplaatst op
11 november 2019In de categorie
UitspraakHet eenzijdig wijzigen van voorwaarden en premies door verzekeraars op de verlengingsdatum van de verzekering is een met regelmaat terugkerende klacht van consumenten. De Geschillencommissie concludeert in een vandaag gepubliceerde uitspraak dat de verzekeraar de verzekeringsvoorwaarden op de verlengingsdatum mag aanpassen als hij daar een reden voor heeft. De verzekeraar heeft de consument tijdig geïnformeerd over de premieverhoging. En hij heeft de wijziging voldoende uitgelegd aan de consument, aldus de Geschillencommissie. De consument heeft anderzijds het recht om de verzekering vanaf de verlengingsdatum per direct op te zeggen.
De consument heeft een woonhuisverzekering bij Centraal Beheer. Eind juli 2018 informeert de verzekeraar de consument over verlenging van de woonhuisverzekering per 1 september 2018. De verzekering is dan vernieuwd en de premie zal stijgen van 30,13 euro naar 44,90 euro. De consument heeft zich bij Kifid beklaagd over de premiestijging. De verzekeraar zou de premiewijziging onvoldoende hebben gemotiveerd en eerder beloofde kortingen zouden onterecht zijn vervallen.
Geen oneerlijk beding
Volgens de verzekeringsvoorwaarden van deze verzekering mag de verzekeraar, kort gezegd, de premie of voorwaarden aanpassen op de verlengingsdatum als hij daar een reden voor heeft. De Geschillencommissie heeft in dit kader moeten beoordelen of hier sprake is van een ‘oneerlijk beding’ zoals bedoeld in de Europese richtlijn ‘oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten’. De conclusie is dat het evenwicht tussen de rechten en plichten van verzekeraar en verzekerde niet aanzienlijk in het nadeel van verzekerde is verstoord. Het beding in de voorwaarden is niet oneerlijk.
Tijdig geïnformeerd
De Geschillencommissie concludeert dat Centraal Beheer de consument tijdig heeft bericht over de wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en -premie. Ook heeft de verzekeraar de consument daarbij gewezen op de mogelijkheid om de verzekering vanaf de verlengingsdatum dagelijks op te zeggen. De verzekeraar heeft hiermee voldaan aan zijn informatieplicht. En hij heeft zich hiermee gehouden aan de ‘Gedragscode geïnformeerde verlenging en contractstermijn particuliere schade- en inkomensverzekeringen’ van het Verbond van Verzekeraars, die sinds 2010 geldt.
Reden
De verzekeraar heeft in het bericht van eind juli 2018 en in de toelichting van augustus 2018 de consument geïnformeerd waarom de voorwaarden en de premie van de verzekering wijzigen. Daarmee heeft de verzekeraar voldoende uitleg gegeven over de wijzigingen. De verzekeraar hoeft geen inzicht te geven in de mate waarin elk genoemd aspect is meegewogen in de premiewijziging, zo blijkt uit de uitspraak. Dat de verzekeraar bij het aangaan van de woonhuisverzekering onvoorwaardelijk zou hebben beloofd dat een tweetal kortingen gedurende de looptijd van de verzekering zouden blijven bestaan, is niet komen vast te staan.
Algemeen
In algemene zin merkt de Geschillencommissie op dat een verzekeraar de vrijheid heeft om zelf te bepalen voor welke risico’s een verzekering wel of geen dekking biedt. En anders dan voorheen verplicht de Prijzenwet een verzekeraar niet om voor een wijziging van verzekeringspremies goedkeuring te vragen aan de minister van Economische Zaken.
Daarnaast wijst de Geschillencommissie op de sociale functie van verzekeringsproducten. De kerngedachte van ‘verzekeren’ is dat individuen het risico delen in een collectief. Dat wil zeggen: elke verzekeringnemer betaalt -met zijn premie- mee aan de schadeloosstelling van anderen. Heeft een verzekeringnemer zelf schade, dan kan hij vanuit de solidariteitsgedachte een beroep doen op de verzekering.
Deze uitspraak van de Geschillencommissie is in lijn met een eerdere uitspraak van de Commissie van Beroep (CvB 2017-021) over premiestijging bij stilzwijgende verlenging. De uitspraak GC 2019-894 over de verzekeringsklacht van de consument tegen Centraal Beheer is bindend.