Einduitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2023-0305
(mr. dr. D.P.C.M. Hellegers, voorzitter, mr. dr. M.D.H. Nelemans, prof. mr. drs. M.L. Hendrikse, mr. J. van der Groen, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)
Datum uitspraak 18 april 2023
Klacht van De consument
Tegen ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de bank
Aard uitspraak Bindend advies
Uitkomst Vordering toegewezen
Bijlage Bijlage 3 van het rapport Onderzoek alternatieve referentierente doorlopend consumptief krediet 23 februari 2023, van dr. ir. R. Lord en prof. dr. A.M.H. Slager RBA.
Samenvatting
Wijziging rente Flexibel Hypotheek Krediet (FHK). De consument vordert compensatie voor te veel betaalde rente. De commissie heeft in een tussenuitspraak geoordeeld dat de consument mag verwachten dat de rente op haar FHK gedurende de looptijd in de pas zal blijven met de relevante marktrente en heeft partijen in de gelegenheid gesteld om overeenstemming te bereiken over een geschikte maatstaf voor het bepalen van de relevante marktrente. Partijen zijn het niet eens geworden over een geschikte maatstaf en om die reden heeft de commissie in een volgende tussenuitspraak bepaald dat onderzoek moet worden gedaan door onafhankelijke deskundigen. In overleg met partijen heeft de commissie een tweetal deskundigen gevraagd om onderzoek te doen naar de gemiddelde rente op doorlopende kredieten bestemd voor huiseigenaren, waarbij op grond van de overeenkomst aan de kredietverstrekker een hypothecaire zekerheid dient te worden verstrekt en aan te geven of en zo ja welke publiek beschikbare rentereeksen in aanmerking komen als relevante marktrente (benchmark). Ook hebben deze deskundigen onderzoek gedaan naar een alternatieve referentierente voor doorlopend consumptief krediet per mei 2022, omdat DNB per mei 2022 is gestopt met het publiceren van de rentereeks op doorlopend consumptief krediet. De deskundigen hebben twee rapporten opgesteld en de commissie heeft partijen in de gelegenheid gesteld op beide deskundigenrapporten te reageren. Daarna heeft een digitale mondelinge behandeling plaatsgevonden. De commissie volgt de conclusies van de deskundigen en kiest de marktrente voor regulier doorlopend consumptief krediet als referentierente voor de FHK. De waarde van het verlenen van hypothecaire zekerheid wordt bepaald door een op- of afslag te hanteren ten opzichte van deze marktrente. Deze op- of afslag dient te worden bepaald door de contractrente te vergelijken met de marktrente voor doorlopend consumptief krediet zoals die gold op het moment van afsluiten van het krediet. Als referentierente doorlopend consumptief krediet geldt in de periode tot juni 2010 de CBS-rentereeks met een aftrek van 0,91 procentpunt.
In de periode van 1 juni 2010 tot 1 mei 2022 geldt als referentierente de rentereeks op doorlopend consumptief krediet zoals De Nederlandse Bank (DNB) die heeft gepubliceerd. Voor de periode vanaf 1 mei 2022 tot heden kiest de commissie de (variabele) rente op nieuwe woninghypotheken zoals DNB die publiceert met een opslag van 5,28 procentpunt als referentierente.
De bank moet voor deze consument de verschuldigde rente opnieuw berekenen aan de hand van deze referentierentes en de te veel betaalde rente terugbetalen.
Deze einduitspraak hangt samen met de tussenuitspraak van 9 juli 2021, gepubliceerd onder nummer 2021-0633A en de tussenuitspraak van 4 mei 2022, gepubliceerd onder nummer 2022-0367A.
Bekijk de volledige uitspraak