Kifid KennisKosten zelfgekozen uitvaartverzorger worden niet of slechts gedeeltelijk vergoed
Geplaatst op
30 april 2021De situatie
Als nabestaande heeft u het regelen van een uitvaart op u genomen. De overledene had een natura-uitvaartverzekering, waarbij geldt dat de verzekeraar de uitvaartverzorger aanwijst. U heeft echter om redenen die voor u belangrijk zijn, gekozen voor een ándere uitvaartverzorger, maar de verzekeraar wil de kosten in dat geval niet of slechts gedeeltelijk vergoeden. U wilt weten of u hier iets tegen kunt doen.
De algemene regel
Een natura-uitvaartverzekering keert geen geld uit, maar diensten. Daar kunnen vaste uitvaartverzorgers bij horen, die aan de verzekeraar zijn verbonden. Dat staat ook in de verzekeringsvoorwaarden. Kiezen nabestaanden toch voor een ándere uitvaartverzorger, dan volgt slechts een gemaximeerde of gedeeltelijke vergoeding. De verzekeraar heeft in het algemeen het recht om u als nabestaande aan die voorwaarde te houden, maar moet daar wel een praktisch belang bij hebben. In de regel kan de verzekeraar dat belang – een inkoopvoordeel – aantonen.
Twee voorbeelden
Een vrouw regelt de uitvaart van haar man. Zij schakelt daarbij een uitvaartverzorger in die niet aangesloten is bij de verzekeraar. In de voorwaarden staat: “De uitvaart wordt door de afdeling uitvaartverzorging van de verzekeraar zelf verzorgd. Of, indien dat niet mogelijk is, door een door de verzekeraar ingeschakelde andere uitvaartondernemer. Opdracht tot het verzorgen van de uitvaart van de verzekerde(n) kan alleen door de verzekeraar zelf aan de uitvaartverzorger gegeven worden. Niet-nakoming van deze bepaling kan leiden tot verlies van uitkering.”
De verzekeraar doet uiteindelijk een ‘coulance-uitkering’ van ruim 2.235 euro. De klant wil echter alle kosten vergoed hebben, zoals ook zou zijn gebeurd wanneer wél volgens de voorwaarden was gehandeld. De verzekeraar stelt dat de coulance-uitkering 75 procent bedraagt van de ‘interne rekenwaarde’ van het verzekerde dienstenpakket: het bedrag dat de verzekeraar kwijt is wanneer er wél met een aangesloten uitvaartverzorger wordt samengewerkt.
De zaak komt bij Kifid. De Geschillencommissie stelt vast dat de voorwaarde in kwestie een bijzonder karakter heeft: deze kan immers leiden tot verlies van uitkering. Een dergelijke verval van recht-clausule zou onredelijk bezwarend kunnen zijn. De verzekeraar kan dit vermoeden weerleggen door aan te tonen dat hij een ‘redelijk belang’ heeft bij de voorwaarde. Zo niet, dan is de voorwaarde (het beding) onredelijk bezwarend en vernietigbaar. De verzekeraar toont aan de hand van prijslijsten aan dat hij prijsvoordeel geniet door met vaste partijen samen te werken. Ook heeft de verzekeraar de organisatie dusdanig ingericht dat zij erop rekent de uitvaart zelf te verzorgen. De Geschillencommissie vindt dat daarmee het redelijke belang is aangetoond. De voorwaarde blijft dus overeind.
Maar: dat wil nog niet zeggen dat de verzekeraar de gehele uitkering kan schrappen. Hoewel in de voorwaarde staat dat niet-nakoming kan leiden tot verlies van uitkering, wil dat niet zeggen dat de hele uitkering direct van de baan is. De verzekeraar heeft zich daarbij te houden aan de eisen van redelijkheid en billijkheid. In dit geval is ook daaraan voldaan: de Geschillencommissie vindt een uitkering van driekwart van de interne waarde een redelijke en proportionele oplossing. De Geschillencommissie vindt het nog wel belangrijk om te benoemen dat er geen sprake van coulance is, maar van een wel degelijk verplichte uitkering. (GC 2011-41)
Een man regelt de uitvaart van zijn schoonvader. De schoonvader had een natura-uitvaartverzekering afgesloten. In de voorwaarden staat: ‘Indien een niet aan ons gelieerde uitvaartondernemer de uitvaart verzorgt, vergoeden wij de kosten van de uitvaart tot ten hoogste onze gemiddelde uitvaartkosten in het voorafgaande jaar.’
De schoonzoon kiest voor een andere uitvaartverzorger en krijgt een naar zijn smaak te lage vergoeding uitgekeerd. Hij stapt naar Kifid en stelt dat de verzekeraar tekort is geschoten. Als de uitvaart wél via de verzekeraar was uitgevoerd zou, in verband met de ledenkorting, een uitvaart voor een hoger bedrag zijn vergoed. Ook stelt de schoonzoon dat erfgenamen niet benadeeld mogen worden door het feit dat zij geen gebruik wensen te maken van de diensten van de verzekeraar, nu deze vorm van dienstverlening niet aansluit bij hun beeld van afscheid nemen van een dierbare.
De verzekeraar stelt daar tegenover dat de nabestaanden er bewust voor hebben gekozen de uitvaart te laten verzorgen door een andere uitvaartverzorger. Door deze keuze vervalt de mogelijkheid om ook gebruik te maken van de mogelijke ledenvoordelen. In zo’n geval worden de kosten van de uitvaart tot ten hoogste het op de polis vermelde verzekerd bedrag vergoed.
De zaak komt bij Kifid. De Geschillencommissie stelt dat de verzekeraar moet aantonen dat er een redelijk belang is bij de voorwaarde. Dat moet een praktisch en daadwerkelijk belang zijn. De verzekeraar slaagt erin dat aan te tonen: hij kan uitvaartdiensten tegen lagere prijzen uitvoeren door bij vaste partijen in te kopen. Dat betekent dat de voorwaarde overeind blijft; er volgt geen hogere vergoeding. En met dat oordeel moet de schoonzoon het doen. houden. (GC 2016-630)
Uitleg
Een van de voorwaarden van een natura-uitvaartverzekering is doorgaans dat u de uitvaart laat verzorgen door een uitvaartverzorger die de verzekeraar aanwijst. Toen de verzekering werd afgesloten, is door de verzekeringnemer met deze voorwaarde ingestemd.
Een verzekeringsvoorwaarde die ertoe leidt dat u de dekking of een deel van de dekking verliest, kan niet zomaar worden ingeroepen. De verzekeraar moet aantonen dat hij een ‘redelijk belang’ bij deze voorwaarde heeft. Dat moet een praktisch en daadwerkelijk belang zijn. In het algemeen kan de verzekeraar dit vrij eenvoudig aantonen. Door met vaste partijen te werken ontstaat een inkoopvoordeel.
Hoewel in de verzekeringsvoorwaarden kan staan dat niet-nakoming kan leiden tot verlies van uitkering, heeft de Geschillencommissie van Kifid bepaald dat een ‘algeheel verval’ van dekking onredelijk is. Anders gezegd: het is onredelijk wanneer u helemaal niets krijgt vergoed. Vaak staat in de voorwaarden al een bedrag of richtlijn genoemd waarmee u rekening kunt houden.
Het komt voor dat consumenten stellen dat de verzekeraar hen niet heeft ingelicht over het financiële risico dat ontstaat wanneer de uitvaart niet door of in opdracht van de verzekeraar wordt verzorgd. Met dat argument komt u er meestal niet. De Geschillencommissie heeft geoordeeld dat in zo’n geval de uitvaartverzorger van uw keuze behoort te vragen naar de eventuele aanwezigheid van een (natura-)uitvaartverzekering en u moet informeren over een eventueel financieel risico.
Het is voorstelbaar dat u een eigen uitvaartverzorger wilt kiezen. Sommige consumenten voeren aan dat zij in het verleden slechte ervaringen hebben gehad met de verplichte uitvaartverzorging. Hoe begrijpelijk ook, deze argumenten helpen u niet. De verzekeringsvoorwaarden waren bekend toen de natura-uitvaartverzekering is aangegaan.
Omdat verzekeraars hun belang bij de voorwaarde doorgaans goed kunnen aantonen, is er voor de Geschillencommissie vaak onvoldoende juridische grond om uw claim te kunnen toewijzen in een uitspraak. Wel kan Kifid proberen uw klacht op te lossen door bemiddeling.
Tips
- Een goede voorbereiding is belangrijk. Kom niet voor verrassingen te staan. Bespreek met uw vader, moeder, of andere nabije familieleden welke wensen zij hebben als het gaat om hun uitvaart en wat er geregeld is.
- Heeft u een natura-uitvaartverzekering? Laat u vooraf informeren wie uw uitvaart dan mag verzorgen. Of wat het betekent als uw nabestaanden zouden kiezen voor een andere uitvaartverzorger. U kunt dit navragen bij uw verzekeraar.
- Mist de uitvaartpolis in de administratie van de overledene? Dan kunt u zich wenden tot de levensverzekering-zoekservice van het Verbond van Verzekeraars. https://zoekservice.vanatotzekerheid.nl/
Meer over dit onderwerp
De informatie in dit Kennisdocument is bedoeld om u inzicht en achtergrond te geven in de manier waarop Kifid met klachten over een bepaald onderwerp omgaat. Dit kan u helpen bij de voorbereiding van uw eigen zaak. Uiteraard is elke situatie anders. In uw klachtzaak kan een omstandigheid spelen die wij hier niet hebben genoemd.